De boerderij vroeger

Ieder deel van Nederland had vroeger zijn eigen type boerderij. Die verschillende typen zijn ontstaan door het bouwmateriaal dat in de omgeving beschikbaar was en door de eisen die het boerenwerk aan de gebouwen stelde. Dat in een klein land toch zoveel verschil in boerderijbouw ontstond, kwam doordat in vroeger tijden de meeste mensen niet verder van huis kwamen dan een afstand die in een paar uur te voet kon worden afgelegd. Er was nauwelijks contact met boeren in andere streken. In elk gebied zochten de boeren een eigen manier om stallen en een huis te bouwen. Voor hun dieren en hun gezin. Zo hier en daar zijn die oude boerderijtypes bewaard gebleven. Maar heel veel zijn er verdwenen of grondig verbouwd. Vaak zijn ze verkocht aan mensen uit de stad die een mooie woning op het platteland zochten.

 

Boerderijen tegenwoordig

Je kunt aan een moderne boerderij niet meer zien in welke streek hij gebouwd is. Boerderijen kun je eigenlijk alleen nog maar in soorten verdelen. In melkveehouderijbedrijven (boerderijen waar ze koeien houden om te melken), pluimveebedrijven (boerderijen waar bijvoorbeeld vleeskalkoenen of legkippen gehouden worden), varkensbedrijven (boerderijen waar vleesvarkens gehouden worden of er worden varkens gehouden om mee te fokken), glastuinbouwbedrijven (boerderij met glazen kassen met daarin planten, groente of fruit) of akkerbouwbedrijven (boerderij met veel land, waarop gewassen zoals granen, aardappels en bieten verbouwd worden). Deze bedrijven komen het meeste voor in ons land. Naast deze soorten bedrijven bestaan er ook nog een paar andere specialiteiten (bijvoorbeeld boerderijen waar ze champignons telen of waar ze struisvogels fokken).

 

Land en tuinbouw

Tweederde van Nederland is in gebruik voor land- en tuinbouw. Er zijn boerderijen, akkers, weilanden, kassen, schuren en stallen. Daar worden planten geteeld en dieren gehouden. Door zijn werk beïnvloedt de boer ook het landschap. Het verandert telkens. Veel mensen trekken er graag op uit om van het boerenlandschap te genieten. Boerenland is ook natuurland. Akkers, weilanden, sloten en houtwallen zijn ook een thuis voor wilde planten, weidevogels en andere dieren. Boeren en tuinders hebben te maken met de grilligheid van de natuur. Dat maakt hun werk moeilijk, maar ook boeiend en spannend.